bliek

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bliek    (hulp, bestand)
  • IPA: /blik/ (1 lettergreep)
Woordafbreking
  • bliek
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bliek blieken
verkleinwoord bliekje bliekjes

Zelfstandig naamwoord

debliekm

  1. (straalvinnigen) Blicca bjoerkna  een zoetwatervis die tot de karperachtigen behoort
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord bliek staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
34 %van de Nederlanders;
37 %van de Vlamingen.[5]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.