blimbing
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: blimbing (hulp, bestand)
- IPA: / ˈblɪmbɪŋ / (2 lettergrepen)
Woordafbreking
- blim·bing
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | blimbing | blimbings |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de blimbing m
- (plantkunde) soort boom die in de tropen groeit Averrhoa bilimbi
- (voeding) vrucht van de gelijknamige boom
- 1. soort boom
- 1. bloemen
- 2. vrucht
Synoniemen
- zure blimbing
Afgeleide begrippen
- zoete blimbing
Gangbaarheid
- Het woord blimbing staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "blimbing" herkend door:
3 % | van de Nederlanders; |
10 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ blimbing op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.