blower

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  blower    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • blo·wer
Woordherkomst en -opbouw
  • Naamwoord van handeling van blowen met het achtervoegsel -er
enkelvoud meervoud
naamwoord blower blowers
verkleinwoord blowertje blowertjes

Zelfstandig naamwoord

deblowerm

  1. iemand die (regelmatig) een joint rookt
  2. blaasapparaat bijv. om overtollige bladeren weg te vegen
Synoniemen
  • [1] stoner
  • [2] grasblazer
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord blower staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
93 %van de Nederlanders;
76 %van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.