bolide

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bolide    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • bo·li·de
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘luchtsteen’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1895 [1]
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘raceauto’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1970 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord bolide boliden, bolides
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

debolidev

  1. v: zeer heldere meteoor
  2. m: snelle sportwagen

Gangbaarheid

  • Het woord bolide staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
96 %van de Nederlanders;
90 %van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.