bollebof
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: bollebof (hulp, bestand)
- IPA: /bɔləˈbɔf/
Woordafbreking
- bol·le·bof
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bollebof | bollebofs bolleboffen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de bollebof v / m
- (Jiddisch-Hebreeuws) baas
- (Jiddisch-Hebreeuws) commissaris van politie
Gangbaarheid
- Het woord bollebof staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "bollebof" herkend door:
30 % | van de Nederlanders; |
12 % | van de Vlamingen.[3] |
Verwijzingen
- ↑ bollebof op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Stichting Hebreeuwse en Jiddisje woorden in het Nederlands
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.