bosrupsvogel

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bosrupsvogel    (hulp, bestand)
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • bos·rups·vo·gel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bosrupsvogel bosrupsvogels
verkleinwoord bosrupsvogeltje bosrupsvogeltjes

Zelfstandig naamwoord

debosrupsvogelm

  1. (zangvogels) Ceblepyris caesius  een vogel uit de familie van de rupsvogels die in Afrika voorkomt. De vogel is 23 cm lang en egaal blauwgrijs, zoals de meeste andere rupsvogels; hij is iets donkerder op de staart en de vleugels. De soort telt twee ondersoorten
Hyperoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord 'bosrupsvogel' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.