bottelier
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: bottelier (hulp, bestand)
Woordafbreking
- bot·te·lier
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bottelier | botteliers |
verkleinwoord | botteliertje | botteliertjes |
Zelfstandig naamwoord
de bottelier m
- (beroep) iemand die wijn in flessen doet
Hyponiemen
- scheepsbottelier
Afgeleide begrippen
- bottelierschap, botteliersmaat
Vertalingen
1.
|
Gangbaarheid
- Het woord bottelier staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "bottelier" herkend door:
88 % | van de Nederlanders; |
76 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ bottelier op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.