cashcow

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  cashcow    (hulp, bestand)
  • IPA: /'kɛʃkɔu/
Woordafbreking
  • cash·cow
Woordherkomst en -opbouw
  • Van Engels cash cow, in het Nederlands bekend sinds 1992 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord cashcow cashcows
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

decashcowv/m

  1. (figuurlijk) melkkoe
  2. (economie) product waar een bedrijf veel geld aan verdient
  3. bedrijf of bedrijfsonderdeel dat zeer veel winst oplevert


Gangbaarheid

  • Het woord cashcow staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.