casuspositie

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  casuspositie    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ca·sus·po·si·tie
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord casuspositie casusposities
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

decasuspositiev

  1. (juridisch) toedracht van een praktijkgeval
Verwante begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord casuspositie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.