chemisier

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  chemisier    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • che·mi·sier
Woordherkomst en -opbouw
  • afgeleid van het Franse 'chemisier'[1]
enkelvoud meervoud
naamwoord chemisier chemisiers
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

dechemisierm

  1. overhemdbloes

Gangbaarheid

  • Het woord chemisier staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
36 %van de Nederlanders;
62 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.