cichliden

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  cichliden    (hulp, bestand)
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • ci·chli·den
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord cichliden
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

decichlidenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord cichlide
  2. meervoudsvorm als officiële benaming (straalvinnigen) een familie Cichlidae  van baarsachtigen (Perciformes )
Hyperoniemen
Hyponiemen (in taxonomische zin)

Gangbaarheid

  • Het woord cichliden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.