cinematofiel
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: cinematofiel (hulp, bestand)
- IPA: / ˌsinematoˈfil / (5 lettergrepen)
Woordafbreking
- ci·ne·ma·to·fiel
Woordherkomst en -opbouw
- afgeleid van cinema met het achtervoegsel -fiel, naar het voorbeeld van cinematograaf
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | cinematofiel | cinematofielen |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de cinematofiel m
- iemand die graag naar films kijkt en zich in de filmkunst verdiept
- Mevrouw Ayaan Hirsi Ali: ontzeg ons uw gezicht en stem niet. Bevredig het verlangen van de cinematofiel en kom met het tweede deel van uw film. [1]
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'cinematofiel' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.