confident

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  confident    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • con·fi·dent
Woordherkomst en -opbouw
  • afgeleid van het Frans (met het voorvoegsel con-)
enkelvoud meervoud
naamwoord confident confidenten
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

deconfidentm [1] [2]

  1. vertrouweling

Gangbaarheid

  • Het woord confident staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.