conservatrice

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  conservatrice    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • con·ser·va·tri·ce
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord conservatrice conservatrices
verkleinwoord conservatricetje conservatricetjes

Zelfstandig naamwoord

deconservatricev

Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord conservatrice staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
82 %van de Nederlanders;
86 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Frans

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: /kɔ̃.sɛʁ.va.tʁis/
Woordafbreking
  • con·ser·va·tri·ce
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

conservatrice v

  1. beschermster
  2. (beroep) conservatrice
  3. (politiek) conservatieve vrouw, politica
    1. vrouwelijke vertegenwoordiger van een conservatieve partij in een land
  4. vrouwelijke natuurbeschermer

Bijvoeglijk naamwoord

conservatrice v

  1. beschermend
  2. (politiek) conservatief
  3. (voeding) (medisch) conserverend
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.