consumer

Engels

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: /kənˈsumɚ/
Woordafbreking
  • con·su·mer
Woordherkomst en -opbouw
  • afgeleid van  consume ww  met het achtervoegsel -er
enkelvoud meervoud
consumer consumers

Zelfstandig naamwoord

consumer

  1. (economie) consument, verbruiker

Gangbaarheid

99 %van de Amerikanen;
100 %van de Britten.[1]

Verwijzingen

  1. ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 18 februari 2020 “Measures of word prevalence for 61,800 English words” op ugent.be

Frans

Uitspraak
  • Geluid:  consumer    (hulp, bestand)
  • IPA: /kɔ̃.sy.me/
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

consumer

  1. consumeren, verbruiken
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.