copieus

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  copieus    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • co·pi·eus
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘overvloedig’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1546 [1]
  • afgeleid van het Franse copieux (met het achtervoegsel -eus) [2] [3]
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen copieuscopieuzercopieust
verbogen copieuzecopieuzerecopieuste
partitief copieuscopieuzers-

Bijvoeglijk naamwoord

copieus

  1. rijkelijk, overvloedig, abondant
    • Hij heeft een copieus ontbijt genuttigd. 
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord copieus staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
79 %van de Nederlanders;
91 %van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.