count

Engels

Uitspraak
  • Geluid:  count (VS)    (hulp, bestand)
  • IPA: /kaʊnt/
enkelvoud meervoud
count counts

Zelfstandig naamwoord

count

  1. telling
  2. (adel) graaf
Afgeleide begrippen
  • countess, county, earl, earldom
Opmerkingen
  • De titel "count" wordt gebruikt voor iemand met een graafschap buiten buiten het Verenigd Koninkrijk. De titel die bij een Brits graafschap hoort is "earl" voor een man en "countess" voor zijn vrouw.
vervoeging
onbepaalde wijs to  count 
he/she/it  counts 
verleden tijd  counted 
voltooid
deelwoord
 counted 
onvoltooid
deelwoord
 counting 
gebiedende wijs  count 

Werkwoord

count

  1. tellen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.