curatrix

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  curatrix    (hulp, bestand)
  • IPA: /kyˈratrɪks/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • cu·ra·trix
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord curatrix curatrices
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

decuratrixv

  1. (juridisch) (beroep) vrouw die door de rechter is aangewezen om het beheer te voeren over de bezittingen van een natuurlijk persoon of van een rechtspersoon
     Zijn schoonmoeder werd curatrix van Adriana en nam de (geestelijk niet geheel capabele) dochter Adriana in huis.[1]
  2. vrouwelijk lid van de raad van toezicht over een instelling
     De Koningin werd verwelkomd door de burgemeester van Doorn, de heer P.W. ter Haar, de president-directeur ds. F.J. Pop, de president curator mr. H.F. van Meer en de curatrix mejuffrouw dr. C. Boer.[2]
Synoniemen
Verwante begrippen

vrouwelijke vorm van curator

Gangbaarheid

  • Het woord 'curatrix' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Weblink bron Voogd zou vermogen van weerloze vrouw hebben verduisterd in: Trouw (26 juni 1970), Organisatie Trouw, Meppel, p. 10 kol. 6
  2. Weblink bron Koningin Juliana bij derde lustrum Kerk en Wereld in: Zeeuwsch Dagblad, jrg. 16 nr. 4712 (21 november 1960), p. 1 kol. 5
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.