damar

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  damar    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • da·mar
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Indonesisch, in de betekenis van ‘hars’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1836 [1] [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord damar damars
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

damar m / o

  1. bepaald soort hars afkomstig uit Indonesië, damarhars
Hyponiemen
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord damar staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
9 %van de Nederlanders;
21 %van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.