demarrage
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: demarrage (hulp, bestand)
Woordafbreking
- de·mar·ra·ge
Woordherkomst en -opbouw
- Naamwoord van handeling van demarreren met het achtervoegsel -age [1][2]
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | demarrage | demarrages |
| verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de demarrage v
- (sport) plotselinge versnelling van het tempo om aan mededingers te ontsnappen
Gangbaarheid
- Het woord demarrage staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "demarrage" herkend door:
| 81 % | van de Nederlanders; |
| 86 % | van de Vlamingen.[3] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ demarrage op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.