demonstratrice
| Niet te verwarren met: demonstrante |
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: demonstratrice (hulp, bestand)
- IPA: / ˌdemɔnstraˈtrisə / (5 lettergrepen)
Woordafbreking
- de·mon·stra·tri·ce
Woordherkomst en -opbouw
- afgeleid van demonstreren met het achtervoegsel -atrice [1]
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | demonstratrice | demonstratrices |
| verkleinwoord | demonstratricetje | demonstratricetjes |
Zelfstandig naamwoord
de demonstratrice v
- (beroep) vrouw die voordoet hoe iets gebruikt wordt
- ▸ Er waren ook apparaten waarbij de benen met linten omhoog konden worden getakeld, een pijnlijk proces dat een demonstratrice in joggingbroek telkens weer met een glimlach op de lippen onderging.[2]
Verwante begrippen
- vrouwelijke vorm van demonstrateur
Gangbaarheid
- Het woord demonstratrice staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron Marcel van Roosmalen“Gehuld in sportoutfit op congres” (6 juli 2011) op nrc.nl
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.