deuvel

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  deuvel    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • deu·vel
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘pin’ voor het eerst aangetroffen in 1549 [1]
  • [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord deuvel deuvels
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

dedeuvelm [3]

  1. houten pin gebruikt voor houtverbindingen
Hyponiemen
  • ringdeuvel

Gangbaarheid

  • Het woord deuvel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
46 %van de Nederlanders;
26 %van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.