diakritisch

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  diakritisch    (hulp, bestand)
  • IPA: /dijaˈkritis/
Woordafbreking
  • di·a·kri·tisch
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘onderscheidend’ voor het eerst aangetroffen in 1950 [1]
  • van Oudgrieks διακριτικός (diakritikós) "onderscheidend"[2][3]
stellend
onverbogen diakritisch
verbogen diakritische
partitief diakritisch

Bijvoeglijk naamwoord

diakritisch

  1. onderscheidend
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord diakritisch staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
38 %van de Nederlanders;
48 %van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.