diffameren

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  diffameren    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • dif·fa·me·ren
Woordherkomst en -opbouw
  • afgeleid van het Franse diffamer (met het achtervoegsel -eren)
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
diffameren
diffameerde
gediffameerd
zwak -d volledig

Werkwoord

diffameren

  1. overgankelijk belasteren
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord diffameren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.