doka

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  doka    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • do·ka
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘donkere kamer’ voor het eerst aangetroffen in 1942 [1]
  • afkorting van donkere en kamer [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord doka doka's
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

dedokav/m [3]

  1. kamer zonder daglicht waarin foto's kunnen worden ontwikkeld en afgedrukt
    • Bovendien was er nog een praktische reden waarom men zich niet met kleurenfotografie bezighield: het was duur en arbeidsintensief. Terwijl veel fotografen in hun eigen doka zwart-witfoto’s konden afdrukken, moest de fotograaf die zich met kleur bezighield zijn werk laten afdrukken in een fotolaboratorium. Dat gold zeker voor Eggleston, die experimenteerde met het Dye Transfer-procedé, een peperdure druktechniek waarbij kleuren uit een enkel kleurennegatief in fases opnieuw werden samengevoegd tot een volledige kleurenfoto op papier.[4] 
    • Vanaf zijn 27ste werd het obsessiever. Hij kocht een analoge camera, ontwikkelde zelf de rolletjes en bouwde een doka in de badkamer; langzaam begon hij de techniek te snappen. Dat moet handiger kunnen, dacht hij als hij iets las. Ging hij eigenwijs zelf het wiel uitvinden, waarbij hij meestal uitkwam bij wat er al op internet stond. Maar ja, de camera beheersen was één ding; hij moest ook iets hebben om te maken. [5]  
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord doka staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
80 %van de Nederlanders;
57 %van de Vlamingen.[6]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.