dovig

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  dovig    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • do·vig
Woordherkomst en -opbouw
  • afleiding van doof met het achtervoegsel -ig
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen dovigdovigerdovigst
verbogen dovigedovigeredovigste
partitief dovigsdovigers-

Bijvoeglijk naamwoord

dovig [1]

  1. een beetje slechthorend
    • Poplegende Sting mag dan wat dovig worden, van het hulpmiddel dat hij daar een tijdje voor droeg werd hij ook niet vrolijk. [2] 
    • Aznavour was vrij dovig en droeg een gehoorapparaatje. Dan zei hij ineens: ’Why are you shouting?’ [3] 
Synoniemen
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord dovig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
81 %van de Nederlanders;
33 %van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.