droger

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  droger    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • dro·ger
Woordherkomst en -opbouw
  • Naamwoord van handeling van drogen met het achtervoegsel -er
enkelvoud meervoud
naamwoord droger drogers
verkleinwoord drogertje drogertjes

Zelfstandig naamwoord

dedrogerm

  1. een toestel dat natte voorwerpen, bijvoorbeeld wasgoed droogmaakt
    • Gooi dat natte goed maar in de droger! 
Hyponiemen
Vertalingen

Bijvoeglijk naamwoord

droger

  1. onverbogen vorm van de vergrotende trap van droog

Gangbaarheid

  • Het woord droger staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.