dubbelwerkend

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  dubbelwerkend    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • dub·bel·wer·kend
Woordherkomst en -opbouw
stellend
onverbogen dubbelwerkend
verbogen dubbelwerkende
partitief dubbelwerkends

Bijvoeglijk naamwoord

dubbelwerkend [1]

  1. (motortechniek) aan beide kanten van de zuiger arbeid verrichtend
  2. betrekking hebbend op een dubbele werking

Gangbaarheid

  • Het woord dubbelwerkend staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.