dwaaltuin

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  dwaaltuin    (hulp, bestand)
  • IPA: /'dʋaltœy̯n/
Woordafbreking
  • dwaal·tuin
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenvertaling uit het Duits Irrgarten , sedert 1890.
enkelvoud meervoud
naamwoord dwaaltuin dwaaltuinen
verkleinwoord dwaaltuintje dwaaltuintjes

Zelfstandig naamwoord

dedwaaltuinm

  1. (verouderd) doolhof; tuin met verrassingen en verwarrende gangen
    • Zoo is er b. v. in het Panopticum - als uwen lezers bekend is - onlangs een tuin met verrassingen aangebracht, ik meen door een Berlijner, althans de naam "dwaaltuin" [Irrgarten] maakt de herkomst voldoende openbaar. Waartoe echter alweêr zulk een Germanisme, terwijl toch de naam "doolhof" hier inheemsch en geijkt is?[1] 

Gangbaarheid

  • Het woord 'dwaaltuin' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

Afrikaans

Woordafbreking
  • dwaal·tuin
enkelvoud meervoud
naamwoord dwaaltuin dwaaltuine

Zelfstandig naamwoord

  1. doolhof
    «Maar 'n mens kan nie in hiérdie dwaaltuin verdwaal nie.[1]»
    Maar in dit doolhof kun je niet verdwalen.

Verwijzingen

  1. Langverlof
    Annemari Coetser
    Tafelberg, 2008, ISBN 9780624046646
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.