eieren

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  eieren    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈɛijərə(n)/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • ei·e·ren

Zelfstandig naamwoord

deeierenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord ei

Gangbaarheid

  • Het woord eieren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be

Noors

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
Woordafbreking
  • ei·ers
Naar frequentie 3222

Zelfstandig naamwoord

eieren

  1. nominatief bepaald mannelijk enkelvoud van eier
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.