evidentie

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  evidentie    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • evi·den·tie
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘klaarblijkelijkheid’ voor het eerst aangetroffen in 1650 [1]
  • afgeleid van evident met het achtervoegsel -ie [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord evidentie evidenties
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

deevidentiev [3]

  1. (filosofie) het evident zijn, de grote duidelijkheid, de klaarblijkelijkheid
     Ik ga er geen gewoonte van maken om evidenties te notuleren, maar één vanzelfsprekendheid deed mij bij herhaling zoveel plezier dat ik haar niet onvermeld wil laten.[4]
Synoniemen
Verwante begrippen
Hyponiemen
  • zelfevidentie
Afgeleide begrippen
  • evidentiegevoel
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord evidentie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
87 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.[5]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.