factsheet

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  factsheet    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • fact·sheet
Woordherkomst en -opbouw
  • uit het Engels
enkelvoud meervoud
naamwoord factsheet factsheets
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

defactsheetv/m,hetfactsheeto

  1. tekst met een opsomming van een aantal objectieve feiten
     Dat blijkt uit een factsheet (.pdf) die onderzoeksbureau TNO heeft gemaakt in opdracht van de Tweede Kamer. Morgen gaat de Kamer in debat over de stikstofproblematiek. "Het is maar goed dat er geen muur om Nederland heen staat", zegt Hugo Denier van der Gon, onderzoeker bij TNO. "Want anders was ons probleem nog veel groter." Uit de vergelijking met andere Europese landen blijkt dat Nederland op eenzame hoogte staat (zie grafiek).[1]

Gangbaarheid

  • Het woord factsheet staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

  1. Weblink bron
    Heleen Ekker
    “TNO: Nederland relatief grootste producent stikstof van Europa” (Woensdag 16 oktober 2019, 15:00), NOS
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.