fade uit

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  fade uit    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • fade uit
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
uitfaden

fade uit

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitfaden
    • Ik fade uit. 
  2. gebiedende wijs van uitfaden
    • Fade uit! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitfaden
    • Fade je uit? 
  4. aanvoegende wijs van uitfaden

Gangbaarheid

  • Het woord fade uit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.