faim

Frans

Uitspraak
  • Geluid:  faim    (hulp, bestand)
  • IPA: /fɛ̃/
enkelvoud meervoud
zonder lidwoord met lidwoord zonder lidwoord met lidwoord
  faim     la faim     faims     les faims  

Zelfstandig naamwoord

faim v

  1. eetlust, honger
    «Est-ce que tu as faim 
    Heb je honger?
  2. voedselgebrek, honger
    «On le trouva mort de faim. La faim a contraint les assiégés de se rendre.»
    Hij werd dood van de honger teruggevonden. Honger heeft de belegerden genoopt zich over te geven.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.