feestgast

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  feestgast    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • feest·gast
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord feestgast feestgasten
verkleinwoord feestgastje feestgastjes

Zelfstandig naamwoord

defeestgastm

  1. iemand die te gast is op een feest

Gangbaarheid

  • Het woord 'feestgast' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.