fietsrek

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  fietsrek    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • fiets·rek
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord fietsrek fietsrekken
verkleinwoord fietsrekje fietsrekjes

Zelfstandig naamwoord

hetfietsreko

  1. rek om fietsen te parkeren
Synoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen
   1. zie: fietsenrek   

Gangbaarheid

  • Het woord fietsrek staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.