flic

Frans

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?

Zelfstandig naamwoord

flic m

  1. (spreektaal) agent, agente; smeris, juut
    «Allez, grouillez-vous ou j’appelle les flics
    Vooruit, opschieten of ik bel de politie! [1]
Verwante begrippen

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.