fluga

Faeröers

Woordherkomst en -opbouw
  • Afkomstig van het Oudnoorse fluga.

Zelfstandig naamwoord

fluga v

  1. (tweevleugeligen) vlieg

IJslands

Uitspraak
  • IPA: /ˈflʏːɣa/
Woordherkomst en -opbouw
  • Afkomstig van het Oudnoorse fluga.

Zelfstandig naamwoord

fluga v

  1. (tweevleugeligen) vlieg

Oudnoords

Zelfstandig naamwoord

fluga v

  1. (tweevleugeligen) vlieg

Zweeds

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
Woordherkomst en -opbouw
  • Afkomstig van het Oudnoorse fluga.
Woordafbreking
  • flu·ga

Zelfstandig naamwoord

fluga o

  1. (tweevleugeligen) vlieg
  2. vlinderdas
Verbuiging
flugas enkelvoud meervoud
  onbepaald bepaald onbepaald bepaald
  nominatief     fluga     flugan     flugor     flugorna  
  genitief     flugas     flugans     flugors     flugornas  
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.