frago

Esperanto

  enkelvoud meervoud
nominatief   frago     fragoj  
accusatief   fragon     fragojn  

Zelfstandig naamwoord

frago

  1. (fruit) aardbei


Ido

Zelfstandig naamwoord

frago

  1. (fruit) aardbei
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.