franciscaan

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  franciscaan    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • fran·cis·caan
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘monnik van de orde gesticht door Franciscus van Assisi’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1654 [1] [2][3]
enkelvoud meervoud
naamwoord franciscaan franciscanen
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

defranciscaanm

  1. kloosterling van de (bedel)orde van de heilige Franciscus van Assisi
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord franciscaan staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
82 %van de Nederlanders;
90 %van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.