fructivoor
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: fructivoor (hulp, bestand)
Woordafbreking
- fruc·ti·voor
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘vruchteneter’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1984 [1]
- afgeleid van het Latijnse fructus met het achtervoegsel -voor [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | fructivoor | fructivoren |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de fructivoor m
- (dierkunde) dier dat voornamelijk vruchten eet
Gangbaarheid
- Het woord fructivoor staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.