gåstol

Deens

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: / ˈgɔˀsdoˀl /
Woordafbreking
  • gå·stol
Woordherkomst en -opbouw
  • Samenstelling van de Deense woorden en stol
Naar frequentie 251019
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   gåstol     gåstolen     gåstole     gåstolene  
genitief   gåstols     gåstolens     gåstoles     gåstolenes  

Zelfstandig naamwoord

gåstol, g

  1. loopstoel
    «Barnet sidder i en gåstol
    Het kind zit in een loopstoel.
Verwante begrippen

Verwijzingen

    Noors

    Uitspraak
    • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
    • IPA: / ˈgoːstuːl /
    Woordafbreking
    • gå·stol
    Woordherkomst en -opbouw
    • Samenstelling van de Noorse woorden en stol
    Naar frequentie 46760
      enkelvoud meervoud
    onbepaald bepaald onbepaald bepaald
    nominatief   gåstol     gåstolen     gåstoler     gåstolene  
    genitief   gåstols     gåstolens     gåstolers     gåstolenes  

    Zelfstandig naamwoord

    gåstol, m

    1. loopstoel
    Verwante begrippen

    Nynorsk

    Uitspraak
    • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
    • IPA: / ˈgoːstuːl /
    Woordafbreking
    • gå·stol
    Woordherkomst en -opbouw
    • Samenstelling van de Nynorske woorden en stol
      enkelvoud meervoud
    onbepaald bepaald onbepaald bepaald
    nominatief   gåstol     gåstolen     gåstolar     gåstolane  

    Zelfstandig naamwoord

    gåstol, m

    1. loopstoel
    Verwante begrippen
    Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.