gamander

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  gamander    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ga·man·der
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord gamander gamanders
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

degamanderv/m

  1. (plantkunde) Teucrium  een geslacht van vaste planten uit de lipbloemenfamilie (Lamiaceae)
Verwante begrippen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
  • gamanderlijn

Gangbaarheid

  • Het woord gamander staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
8 %van de Nederlanders;
11 %van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.