gangbaar

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  gangbaar    (hulp, bestand)
  • IPA: /'ɣɑŋbar/
Woordafbreking
  • gang·baar
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van gang met het achtervoegsel -baar
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen gangbaargangbaardergangbaarst
verbogen gangbaregangbaarderegangbaarste
partitief gangbaarsgangbaarders-

Bijvoeglijk naamwoord

gangbaar

  1. wat gebruikelijk is
    • Dit woord is niet erg gangbaar. 
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord gangbaar staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
98 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.