geestelijkheid

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  geestelijkheid    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • gees·te·lijk·heid
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord geestelijkheid geestelijkheden
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

degeestelijkheidv

  1. (religie) de gezamenlijke geestelijken (persoon die, vaak door een bepaalde religieuze wijding, de bevoegdheid heeft gekregen om godsdienstonderricht te geven en/of bepaalde gewijde handelingen te verrichten en/of religieuze bestuursfuncties uit te oefenen)
    • Met steun uit Saoedi-Arabië werd een hele generatie in een buitenissige vorm van islam gedrenkt. Nu strijdt het rijk van Salman Al-Saud tegen zijn radicaalste discipelen: IS. Gaat hij ook hun ideologie - die van zijn geestelijkheid - bevechten?.[2] 
Synoniemen
Vertalingen

Meer informatie

Gangbaarheid

  • Het woord geestelijkheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.