gelei

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  gelei    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ge·lei
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘ingekookt sap’ voor het eerst aangetroffen in 1377 [1]
  • [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord gelei geleien
verkleinwoord geleitje geleitjes

Zelfstandig naamwoord

degeleiv/m [3]

  1. (voeding) ingedikt vleesnat of vruchtensap
  2. afkorting van geleide [4]
Verwante begrippen
Hyponiemen
  • citroengelei
  • druivengelei
  • eiergelei
  • kweepeergelei
  • kweeperengelei
  • mispelgelei
  • moerbeiengelei
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord gelei staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
98 %van de Nederlanders;
97 %van de Vlamingen.[5]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.