goodwill

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  goodwill    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • good·will
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Engels, in de betekenis van ‘waarde van een zaak voor zover die berust op haar verworven positie, boven de intrinsieke waarde’ voor het eerst aangetroffen in 1912 [1]
  • samenstelling uit het engels good en will welwillendheid
enkelvoud meervoud
naamwoord goodwill
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

degoodwillm

  1. goede naam hebben, het bedrag dat betaald wordt voor de goede naam bij de overname van een bedrijf
    • Huisartsen vragen goodwill bij de overname van hun praktijk. 

Gangbaarheid

  • Het woord goodwill staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
90 %van de Nederlanders;
87 %van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.