griel

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  griel    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • griel
enkelvoud meervoud
naamwoord griel grielen
verkleinwoord grieltje grieltjes

Zelfstandig naamwoord

degrielv/m

  1. (steltloperachtigen) Burhinus oedicnemus  een steltloper uit de familie Burhinidae 
    • De griel heeft een vrij dikke kop en opvallend grote ogen; deze nachtvogel was to 1958 broedvogel in het Nederlandse duingebied. 
Hyperoniemen
Verwante begrippen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
  • griele
Hyponiemen (in taxonomische zin)

Gangbaarheid

  • Het woord griel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
27 %van de Nederlanders;
41 %van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.