hardnekkigheid

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  hardnekkigheid    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • hard·nek·kig·heid
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord hardnekkigheid hardnekkigheden
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

dehardnekkigheidv

  1. het onverzettelijk en halsstarrig zijn van personen
     Zelfs de hardnekkigheid van die hanekamjongens had het daartegen op den duur moeten afleggen.[2]
  2. het onverwoestbaar of onuitroeibaar zijn van iets
     Bij 12 procent van de jongeren in Nederland is het huishoudbudget te krap. In Zaanstad ligt het percentage jongeren dat in armoede opgroeit ongeveer op het landelijk gemiddelde. Ook komt de hardnekkigheid van armoede overeen met het landelijke beeld.[3]
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord hardnekkigheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. “Advocaat van de Hanen” (1990), De Bezige Bij , ISBN 9789023479925
  3. Weblink bron “Niet genoeg geld voor schoolreisje? Praat er over!” (15-10-2016), NOS
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.