heuvelig

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  heuvelig    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • heu·ve·lig
Woordherkomst en -opbouw
  • afleiding van heuvel met het achtervoegsel -ig
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen heuveligheuveligerheuveligst
verbogen heuveligeheuveligereheuveligste
partitief heuveligsheuveligers-

Bijvoeglijk naamwoord

heuvelig [1]

  1. met veel heuvels
    • En dan is daar ineens Urk. heuvelig, hobbelig hier en daar. Kleine huisjes die dicht op elkaar staan. Als zoeken ze onderling steun. Smalle straatjes die tussen de huizen door kronkelen. Naar beneden, weer naar boven en dan maar hopen dat er na die laatste bocht geen tegenligger is. [2] 
    • Twaalf foto’s, groot en klein, opgehangen in zelfgetimmerde houten frames. Scherpe, karaktervolle portretten, bewogen landschappen, abstracte inkteffecten en een heuvelig bos met een merkwaardig huis van dode takken. Een uitvergrote pasfoto waarvan het beeld met opzet verstoord is door lijneffecten. [3] 
Synoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord heuvelig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
94 %van de Nederlanders;
96 %van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.